Tijdens de lessen gaan we bij De Brêge uit van een individuele aanpak, met als uitgangspunt het individueel ontwikkelingsplan (IOP) van elke leerling. Iedere leerling is uniek, zit op een eigen ontwikkelingsniveau, heeft een eigen werk- en leertempo en een eigen toekomstperspectief. We streven ernaar om in het onderwijs hier zoveel mogelijk op aan te sluiten. Het is de bedoeling dat de leerlingen steeds zelfstandiger hun taken oppakken en afmaken.
Het praktijkonderwijs is verdeeld in drie fases, te weten:
Fase 1 | 12-14 jarigen |
Fase 2 | 14-16 jarigen |
Fase 3 | 16-18 jarigen |
Fase 1 is de zogenaamde kennismakingsfase, waarin leerlingen vooral werken aan de algemene basis voor het leren. Daarnaast werken ze aan praktische vaardigheden.
Fase 2 is gericht op arbeidstraining. Via de vele werkplekken in en om de school doen de leerlingen aan arbeidstraining en doen ze werkervaring op. Vanaf 15 jaar gaan de leerlingen 1 dag per week externe stage lopen.
Vanaf fase 2 gaat de leerling verder in één van de sectoren die worden onderscheiden op de Brêge:
In fase 3, dus vanaf 16 jaar, lopen de leerlingen twee of drie dagen per week extern stage. Die vindt dus plaats buiten school, bijvoorbeeld in een bedrijf of werkomgeving in een richting die de leerling in overleg kiest. Kijk voor meer uitleg bij Stage.
Naast de stages lopen de vakken praktijk, (sociale) arbeids- en loopbaanvaardigheden als een rode draad door het hele onderwijsprogramma.
De Brêge heeft ook een schakelklas. In deze klas zitten leerlingen die een verwijzing naar het praktijkonderwijs hebben, maar die op basis van aanvullende informatie mogelijk kunnen doorstromen naar het LWOO/vmbo. Deze leerlingen werken in hoofdzaak met boeken van het LWOO/vmbo, aangevuld met Praktijkonderwijs-materiaal. De lessentabel komt overeen met de tabel van klas 1 en 2 (fase 1).
In beginsel kan er op twee momenten worden opgestroomd: aan het eind van het eerste of tweede jaar. De leerlingen die na twee jaar niet in aanmerking komen om naar het vmbo te schakelen, kunnen doorstromen naar het ROC (mbo), of naar de sectoren van De Brêge.
De
groepen hebben over het algemeen een vast lokaal voor de theorievakken:
Nederlands, lezen, rekenen en wiskunde, biologie, verkeer, Engels, cultuur en
maatschappij, gezondheidskunde, tekenen/vaktekenen en arbeidsoriëntatie.
Deze vakken, samen Algemeen Vormend Onderwijs (AVO) genoemd, worden zoveel
mogelijk door de eigen coach (groepsdocent) gegeven.
In fase 1 en fase 2 wordt bij de praktijkvakken gewerkt in groepen van maximaal 15 leerlingen. Voor deze vakken gaan de groepen naar verschillende praktijkruimtes, waar ze les krijgen van vakdocenten. In de diverse praktijklokalen zijn verschillende werkplekken ingericht, waar vele vaardigheden kunnen worden aangeleerd. Ook kunnen leerlingen leren straten, metselen en komen de eerste beginselen van bijvoorbeeld de sectoren Groen en/of Techniek aan bod.
Hiervoor zijn ook praktijkwerkplekken buiten de lokalen, zoals een grote kas achter de school, de kantinekeuken en de schoolwinkel Meester Jelles in de stad. Meer informatie hierover vind je op onze website, bij Praktijkvakken.
Binnen de sectoren zijn branchegerichte certificaten te behalen. Denk bijvoorbeeld aan Keukenassistent, Schoonmaak in de groothuishouding, Winkelmedewerker en Veilig werken met de bosmaaier. Informatie over de certificaten per sector is te vinden op onze website, onder Certificaten.
Informatie en Communicatietechnologie (ICT) wordt steeds belangrijker in de samenleving. Op school besteden we hieraan dan ook de nodige aandacht. Tijdens de lessen leren leerlingen met computers en internet werken; hiervoor kunnen zij een laptop lenen bij het uitleenmagazijn. In alle theorielokalen is een digitaal schoolbord, met toegang tot het internet. Daarnaast is er de nodige educatieve software aanwezig, waarmee de lessen worden ondersteund.
Alle leerlingen krijgen wekelijks les in sport en beweging van een vakdocent. De lessen worden gegeven in sportcentrum Het Kalverdijkje naast de school. Bij goed weer maken we gebruik van sportvelden van de omliggende verenigingen.
Voor de sportlessen is aangepaste kleding verplicht. De kleding voor deze lessen bestaat uit een sportbroek, een T-shirt en sportschoenen met een lichte zool, die niet op straat zijn gebruikt en die geen strepen op de vloer achterlaten.
Naast de reguliere lessen is er ook een aanbod van keuzevakken die vooral gericht zijn op vrijetijdsbesteding. Het aanbod wisselt en bestaat onder andere uit: sport, haarverzorging, restylen van spullen, creatieve vakken, spellen, machines groen en seizoenshapjes maken.